zondag 28 september 2014

Hemelse modder van Morris

Oké, de naam van dit dessert doet je niet gelijk watertanden. Toen Morris dit de eerste keer voor me maakte, was ik gelijk verkocht. Geef me dit elke dag!





BENODIGDHEDEN 
(voor 4 tot 6 personen)

- Drie eieren
- 150 gram melkchocolade
- 150 gram pure chocolade
- Twee eetlepels suiker
- 500 ml slagroom





Om te beginnen, zetten we een pannetje water op het gas, welke zal fungeren als au-bain-marie. Plaats er een schaaltje of kleiner pannetje bovenop en smelt hierin de chocolade. We hebben verschillende verhoudingen geprobeerd trouwens, maar half-om-half met pure en melkchocolade is toch echt het lekkerst.


Zet de chocolade hierna even apart, of zet het vuur uit en laat de chocolade nog even op de au-bain-marie staan. Ondertussen scheid je de eieren. Doe dit heel secuur: er mag geen eigeel in het eiwit terecht komen. Wanneer dit wel gebeurt, krijg je de eiwitten niet meer stijf geklopt. Dit is namelijk wat we hierna gaan doen: met een handmixer of keukenmachine de eiwitten met de suiker opkloppen tot ze stijf zijn en je de mengkom letterlijk boven je hoofd kan houden zonder dat je hele hoofd onder de smurrie zit!


Laat de eiwitten even apart staan, en klop nu met de handmixer het eigeel op tot deze lichter en schuimig zijn. Doe dit in een aparte kom. Pak nu (wederom, sorry) een nieuwe mengkom en klop hierin de slagroom stijf. Het hoeft niet opgeklopt te worden tot boter, gewoon romig is voldoende.



Hierna gaan we de hemelse modder samenstellen: meng de chocolade beetje voor beetje bij het eigeel. Doe dit met een spatel zodat de meeste lucht in het mengsel achterblijft. Doe dit rustig, omdat de chocolade warm is en het eigeel koud. Je voelt hem aankomen; dat gaat snel schiften, en dat willen we voorkomen. Wanneer dit proces goed verlopen is, meng je met de spatel wederom beetje bij beetje het opgeklopte eiwit bij het chocolademengsel tot het geheel is opgenomen en je geen stukjes eiwit meer ziet. Als het eiwit erbij zit, kan je de slagroom toevoegen. Wederom niet roeren maar scheppen, zodat het een luchtige mousse wordt. 

Je kan de mousse serveren in de kom of in een schaal, maar je kan het ook in glazen of bakjes gieten en laten opstijven. Dit duurt ongeveer vier uur, maar dan heb je ook wel écht een heel lekker toetje!





zondag 21 september 2014

Risotto met venkel en citroen

Telkens als ik over de Albert Cuypmarkt slenter en bij mijn favoriete groente/fruitkraam aankom, staar ik naar de krat met venkels. Een prachtig stuk groente, maar wat kan je er mee? Vandaag maak ik een risotto met venkel en citroen. Even een hartig recept tussen alle zoetigheid door.



BENODIGDHEDEN (voor 2 personen)

- 140 gram risottorijst (arborio / carnaroli)
- Een venkelknol (of een halve wanneer het een grote is)
- Een witte ui, fijngehakt
- 2 tenen knoflook
- Een flinke scheut witte wijn
- 600 milliliter groentebouillon
- De schil van 1 citroen
- Geraspte Parmezaanse kaas
- Eetlepel creme fraiche
- Fijngehakt venkelloof
- Theelepel gedroogde / verse tijm
- Peper, zout

Snijd het loof (de zachte groene takjes) van de venkelknol en houd dit apart voor later. Hak de knol door midden en snijd in blokjes of in julienne (reepjes). Snijd ook de ui en de knoflook fijn.

Verhit een flinke scheut olijfolie in een pan. Bak de venkel, de knoflook en de ui ongeveer vijf minuten al omscheppend. Zet het vuur niet te hoog; de risotto blijft zachter van smaak wanneer je de ui, de knoflook en de venkel zacht aanfruit in plaats van bakt en kleurt. Voeg hierna de risottorijst toe. Roer de rijst goed door de ui en de venkel, en zorg dat elke korrel met olijfolie 'gecoat' is. Bak de rijst voor ongeveer twee minuten mee. Giet hierna een scheut witte wijn over de rijst, en wacht tot de wijn volledig verdampt is. (Schenk trouwens gelijk maar een glas voor jezelf in, een kookwijntje is hier best wel op z'n plaats..)




Breng intussen 600 milliliter water aan de kook en los het bouillonblokje hierin op (verse, eigengemaakte bouillon zou nog lekkerder zijn, maar dat heb je nou eenmaal niet altijd in huis). Giet de bouillon bij de rijst tot deze net onder water staat. Laat de rijst onder af en toe roeren zacht koken tot de bouillon bijna verdampt is. Giet er vervolgens steeds scheutjes bouillon bij en kook de rijst net zolang tot hij beetgaar (al dente) is. Dit duurt meestal rond de 25 minuten, maar dit kan verschillen per rijstsoort. Wanneer je niet genoeg bouillon hebt, kan je ook wat extra water toevoegen.

Wanneer de risotto lekker aan het pruttelen is, kan je de schil van de citroen alvast raspen. Doe dit met een fijne rasp; grove stukken citroenschil zijn alles behalve lekker. Snijd ook het loof van de venkel fijn en voeg dit toe aan de risotto. Wanneer de risottorijst al dente is, voeg je een hand geraspte Parmezaanse kaas en een klein lepeltje crème fraiche toe. Dit maakt de risotto smeuïg en romig. Creme fraiche geeft de risotto extra frisheid naast de citroen. Voeg peper en zout toe naar smaak, en klaar is Kees!



Serveer je risotto in een diep bord en maak het af met wat fijngehakt venkelloof, een scheutje olijfolie en eventueel wat geraspte Parmezaanse kaas. Smullen!

PS: Voor de vlees/visliefhebbers; je kan dit gerecht afmaken met wat stukken gegrilde kip- of kalkoenfilet of een stukje witvis. Maar op een Meatfree Monday (of Tuesday, Wednesday etc.) biedt deze vega-variant een heerlijk alternatief.






woensdag 17 september 2014

Chocolade-karamel verjaardagstaart

Afgelopen weekend was vierden we samen onze verjaardag voor onze familie en vrienden, en we hebben een poging gedaan om ons flink uit te sloven in de keuken. De desserts zullen de komende weken op Toetjes als Ontbijt verschijnen, te beginnen met onze chocoladetaart met (gezouten) karamelcreme. We maakten er twee: een met drie lagen en een met twee. De eerste was zo snel op dat er geen foto's van zijn, daarom zien we op deze foto's die met twee lagen. ;-)


BENODIGDHEDEN
Voor de cake
- 300 gram boter
- 300 gram suiker
- 330 gram bloem 
- 140 gram basterdsuiker
- 3 eieren
- 160 ml karnemelk
- 100 gram cacao
- 1 tl (zelfgemaakte) vanillesuiker
- 2 tl bakpoeder
- 1/2 tl zout

Voor de crème
- 250 gram boter
- Een blikje gecondenseerde melk (a 497 ml.)
- Zeezout

We beginnen allereerst met het klusje dat het langst duurt: het maken van de karamel. We gebruiken hiervoor een blikje gecondenseerde melk. Kook een pan vol water en leg het blikje gecondenseerde melk in het water. Zorg dat het blikje helemaal onder water komt te staan, anders kan hij ontploffen en vliegt de karamel door de keuken (krijg je wel een soort van eetbaar Hans en Grietje-huis, ook wel eens grappig). Het koken duurt ongeveer drie uur. Als je het blikje vervolgens openmaakt, is het lichtbruine karamel geworden.

Verwarm ondertussen de oven voor op 170 graden. Klop vervolgens de boter en allebei de soorten suiker. Wanneer dit mengsel licht en romig is, voeg je één voor één de eieren erbij. Meng in een andere kom de cacao, de karnemelk en het water tot het een glad geheel is. Weeg vervolgens -weer- in een andere kom de bloem, het bakpoeder en het zout.


Voeg vervolgens een lepel van het bloemmengsel en een lepel van het cacaomengsel bij het botermengsel. Doe dit met een spatel of een houten lepel, dit gaat beter dan met een handmixer. Blijf het bloemmengsel en cacaomengsel lepel voor lepel toevoegen tot alles samengevoegd is.


Omdat we de cake uiteindelijk in laagjes gaan verdelen, is het handig om een hoge bakvorm te gebruiken. Je kan uiteraard ook het beslag in twee/drie delen (dit ligt eraan hoeveel lagen je wil hebben) verdelen en alle lagen apart afbakken. Hierdoor is de baktijd ook moeilijker in te schatten. De taart is klaar wanneer een (saté)prikker er schoon uitkomt als je hem in de cake steekt. De cake moet wel droog zijn van binnen, omdat je hem anders erg moeilijk in lagen kan snijden.

Wanneer de cake in de oven staat, kan je alvast gaan beginnen met de karamelcrème. Klop de boter met een mixer tot deze licht en romig is. Voeg (naar smaak) een paar grote lepels van de karamel toe, en maak het af met een snuf zout. Je moet zelf even de balans zoeken tussen zoet en zout, dit kan voor iedereen naar smaak anders zijn. Je kan altijd tussendoor wat meer karamel toevoegen, let wel op dat de crème wel vast genoeg moet blijven om tussen de cake te smeren.

Snijd de cake, wanneer deze is afgekoeld, met een cakesnijder of een scherp mes (en een zeer vaste hand) in lagen. Besmeer de cake rijkelijk met de karamelcrème, en zet de taart in elkaar. Bewaar hem tot het moment van serveren in de koelkast, zodat de crème stevig blijft en niet wegsmelt. En klaar ben je: een absolute showstopper van een taart!

TIP I: Open het blikje (gekookte) gecondenseerde melk wanneer deze is afgekoeld. Het wil nog wel eens uit het blikje ploffen wanneer je hem openmaakt als hij net uit het water komt.

TIP II: Karamel over? Voeg wat grof zeezout toe en bewaar het in een potje in de koelkast, heerlijk voor op brood, in de yoghurt of... Waar niet voor eigenlijk?!

TIP III: Kook meerdere blikjes gecondenseerde melk tegelijk. Scheelt je de volgende keer (want die komt natuurlijk) toch weer drie uur koken en het blijft toch tot in de eeuwigheid goed omdat het nog in het blikje zit. (bron: Emiel de Leeuw)